De Pekingees komt oorspronkelijk uit China. Vroeger kwam dit ras alleen in China voor als gezelschapshond en was hij ook zeer populair aan het hof. Ondertussen is hij wereldwijd bekend als gezelschapshond. Hij behoort tot een van de kleinste hondenrassen ter wereld.
Je kan de Pekingees goed herkennen aan zijn typische platte snoet en zijn grote ogen. Hun lange tong hangt ook vaak uit hun bek te bengelen. Hij heeft een compact en gespierd lichaam dat laag tegen de grond hangt. De Pekingees komt voor in vele diverse kleuren. De meerderheid van de honden zijn goudkleurig met roodbruin. Zijn vacht kan ook roomkleurig, zwart, wit, zwart met kastanjebruin en blauw tot leigrijs zijn. Hij heeft meestal ook een zwart masker.
De Pekingees heeft een schofthoogte van ongeveer 15 tot 23 cm en weegt ongeveer 3,2 tot 6,4 kg.
De Pekingees kan zeer aanhankelijk zijn, maar ook zeer jaloers. Hij heeft een ietwat onberekenbaar gedrag en is daarom niet echt geschikt voor gezinnen met kinderen, maar meer voor oudere mensen. De Pekingees wantrouwt vreemden en is een goede waakhond. Soms blaft hij zelfs wat te veel. Hij heeft niet veel beweging nodig en kan dus ook perfect in een appartement of huis zonder tuin gehouden worden.
De Pekingees is zeer gevoelig voor traumas met gevolg tot orgaan- of hartfalen, dit is dan ook meteen de meest voorkomende doodsoorzaak van dit ras. Andere gezondheidsproblemen waar dit ras vaak last van heeft zijn ademhalingsproblemen (door zijn platte snoet), huidallergiën, oogzweren, droge ogen (Keratoconjunctivitis Sicca) en tussenwervelschijf ziekte (PRA).
De Pekingees wordt gemiddeld 11,4 jaar oud.